“Ik haat te laat komen tot in de diepste vezels van mijn lijf. Ik kan niet tegen haasten, of stress dat ik niet op tijd ben. Floris [Verbeij] begrijpt het fenomeen “tijd” niet, of misschien begrijpt hij het juist veel beter dan de rest van de wereld. Ik kan bloedpissig worden als ik weer eens op hem moet wachten. Het ligt aan de situatie hoe hij reageert. Soms trekt hij zijn mond open, andere keren laat hij het maar over zich heen komen.”